quiz uitslag

met uitleg en tips

Yes, jij hebt de quiz gedaan, wat tof!

Want dat betekent waarschijnlijk dat jij de gezondheid en het welzijn van jouw paard belangrijk vindt en graag verder wilt kijken naar wat je kunt doen om hem happy en gezond te krijgen en te houden.

Ik herhaal hier de vragen van de quiz nogmaals en geef daar bij per vraag ook gelijk wat toelichting. Waarom en hoe dat van belang is, zodat jij ook snapt waarom het slim is met die factoren rekening te houden.

Voor de duidelijkheid: er hangt nergens een waardeoordeel aan je antwoorden. Situaties zijn zoals ze zijn en horen soms nou eenmaal bij hoe paarden gehouden worden en wat we met ze willen doen. Het kan zijn dat jouw paard dingen meegemaakt heeft waar jij geen invloed op hebt gehad, je koopt nou eenmaal vaak een paard met een verleden. Toch kan het dan nog steeds goed zijn om je te realiseren dat in dat verleden wel oorzaken kunnen liggen van de dingen waar jij nu met je paard tegenaan loopt.
Waar kan geef ik ook tips over wat je zelf kunt doen.
Uiteraard kun je deze pagina opslaan om het later nog eens te doen, of om hem te delen met vrienden en stalgenoten.

Wil je direct naar de uitslag, klik dan hier.

Ben je op een andere manier op deze pagina gekomen en wil je de test nog doen, kies dan het antwoord wat het dichtst bij jouw situatie komt. Deze test is zeker niet volledig en geeft alleen een globaal beeld van jouw situatie.
Het is vooral bedoeld om je een idee te geven van welke factoren bij kunnen dragen aan het ontstaan van klachten en waar voor jou en jouw paard misschien nog wat winst te behalen valt.

quiz

hoe vol zit het pannetje van jouw paard

1. Heeft jouw paard de afgelopen twee jaar last gehad van steeds nieuwe of terugkerende klachten?

a) Even afkloppen, maar nee, het gaat lekker.
b) Soms iets kleins maar niet vaak of langdurig.
c) Ja, ik worstel al langer met de gezondheidsklachten van mijn paard.

Toelichting:
Wanneer jouw paard met regelmaat last heef van kleine of grotere klachten, of klachten blijven zonder behandeling of supplementen niet weg, dan zit z’n pannetje duidelijk al te vol. De vragen van de quiz kunnen je een indicatie geven van de diepere oorzaken van de klachten van jouw paard.

2. Is jouw paard gestrest, angstig, schrikachtig of agressief?

a) Nee, hij is dapper en zelfverzekerd en stabiel naar andere paarden.
b) Ja, soms wel een beetje, maar het is te managen.
c) Ja, mijn paard heeft wel mentale-/gedragsproblemen.

Toelichting:
Wanneer een paard reactief is, gestresst, snel schrikt of slecht zijn schrik of angst zelf kan reguleren, is er meestal sprake van ‘een kapotte schakelaar’. Zijn stresssysteem staat permanent een beetje aan en daarmee zijn vermogen om te herstellen een beetje uit. Dit is een van de belangrijkste oorzaken van het ontstaan  van chronische klachten en dus belangrijk om hier iets mee te doen. Download onderaan de pagina mijn magazine voor meer uitleg over die kapotte schakelaar en de gevolgen er van.
Het idee ‘hij went er wel aan’ werkt averechts bij dit soort paarden, dergelijke aanpak zal de schakelaar nog verder stuk maken.
Net als bij een peesblessure zul je dat wat stuk is écht even rust moeten gunnen om te herstellen en daarna heel voorzichtig en langzaam opbouwen om te voorkomen dat je het herstel teniet doet.

3. Hoe oud is jouw paard?

a) <7
b) 7 tot 17
c) >17

Toelichting: 
Tijd is een permanent smeulend blok op het vuur. Naarmate we ouder worden zal ons zelfherstellend vermogen minder goed en vlot reageren of dingen niet meer volledig kunnen omkeren. Dingen die geen probleem waren toen je paard jonger was, kunnen nu ineens stiekem zijn pannetje gaan vullen. 
Daarnaast zullen klachten die al langer aanwezig zijn ook steeds moeilijker te behandelen zijn. 
Aan tijd verander je niks, maar het kan wel goed zijn dit in gedachten te houden als je merkt dat je oudere paard wat minder makkelijk herstelt. Misschien een training toch wat aanpassen of wat extra ondersteuning. Een deken in de winter is dan ook vaak geen overbodige luxe en naarmate een paard ouder wordt, gaat de eiwitstofwisseling achteruit, waardoor iets meer eiwitten in het dieet ook nodig kan zijn.

4. Hoe is je paard de eerste jaren van zijn leven opgegroeid?

a) In een groep paarden van verschillende leeftijden en geslacht.
b) Geen idee, hij komt uit het buitenland / ik weet niks van zijn voorgeschiedenis.
c) Mijn paard is tussen 4 en 6 maanden gespeend en in de opfok gegaan.

Toelichting:
Moment van spenen en manier van opgroeien zijn cruciale factoren in het leven van een paard. Vroeg spenen en/of opgroeien in een groep met alleen maar leeftijdsgenootjes zijn een enorme aanslag op het gevoel van veiligheid van een paard. Daarnaast leren paarden juist in hun eerste jaren hoe je met elkaar communiceert. Niet opgroeien in een gemengde kudde maakt dat je later ‘sociaal onhandig’ bent omdat je gewoon nooit geleerd hebt hoe je met anderen om gaat. En dat maakt dat leven in een groep – meestal met nog meer sociaal onhandige paarden – een stressvolle aangelegenheid kan zijn en oorzaak van onrust in een groep. Veel onderling gedrag wat als ‘natuurlijk’ bestempeld wordt, is vaak verre van natuurlijk maar puur coping-mechanisme of aangeleerd door de situatie waarin ze opgegroeid zijn. Hoe je paard opgegroeid is, kan dus bepalen hoe goed hij kan omgaan met andere paarden en hoeveel stress hij daardoor ervaart.
Weet je dat jouw paard vroeg gespeend is en/of in reguliere opfok heeft gestaan, dan kan het extra nodig zijn hem te begeleiden bij de introductie in een kudde en dit echt langzaam en met kleine stapjes te doen, zodat hij de kans krijgt zich aan te passen en te leren.

5. Hoe is jouw paard ingereden?

a) Hij is nog niet ingereden / heel langzaam, eerst maanden lang van alles aan de hand geoefend en daarna stap voor stap aan het zadel en ruiter laten wennen.
b) Geen idee, ik weet niks van z’n voorgeschiedenis.
c) Rond z’n derde een paar weken/maanden training gezet om ingereden te worden.

Toelichting:
Ingereden worden is altijd een stressvolle gebeurtenis. Ookal gebeurt het pas als je paard 5 of 6 of ouder is en doe je er maanden over, het is altijd nieuw, spannend en iets wat afwijkt van hoe het paard van nature bedoeld is te zijn. 
Een belangrijke factor hierbij is hoe goed er naar het paard geluisterd wordt. Wordt hij gehoord als hij laat merken dat het te snel gaat, te veel of te moeilijk is en wordt de training er dan op aangepast. In de basis is het rijden op een paard een vorm van onderdrukking van de eigenheid van het paard. Dat klinkt heel zwaar en soms is het dat ook. Hoe meer rekening er met het paard gehouden wordt, hoe meer hij gehoord en gezien wordt én daar ook naar gehandeld wordt, hoe minder kans dat inrijden en training een belastende factor wordt en daardoor oorzaak van klachten. 

6. Hoeveel vrije beweging krijgt jouw paard gemiddeld?

a) 24/7 vrije beweging op een ruime paddock, wei of track
b) meer dan 4 uur op een ruime paddock, wei of track, ’s nachts op stal
c) Geen tot 4 uur op een ruime paddock, wei of track

Toelichting: 
Een paard is een dier wat gemaakt is om te bewegen en ik ga er van uit dat ik je daarmee niks nieuws vertel. Niet alleen voor zijn fysieke gezondheid, maar ook zijn mentale gezondheid heeft een paard – liefst 24/7 – vrije beweging nodig om gezond te blijven. Hoe langer een paard op stal verblijft, hoe groter de kans dat dat fysieke klachten tot gevolg heeft. Blessuregevoeligheid, darmproblemen, afvalstoffenafvoer… eigenlijk alles is afhankelijk van regelmatige beweging. Dat geldt ook voor zijn mentale gezondheid. Als een paard niet vrij kan bewegen is dat letterlijk onderdrukking van zijn paard-zijn. En alles wat tegen de natuur van het paard in gaat, vormt een chronische stress factor. 
Veel mensen hebben hierin geen keus en natuurlijk kan een paard dealen met factoren die niet ideaal zijn. Maar wanneer negatieve factoren gaan stapelen, kan dat bij elkaar wel te veel worden. Soms is een kleine aanpassing genoeg om een groot verschil te merken bij je paard. Twee uurtjes langer buiten kan soms het verschil maken tussen chronische stress en daardoor flinke klachten, of genoeg beweging hebben en kunnen dealen met wat er is. 

7. Hoeveel ruwvoer krijgt jouw paard?

a) Onbeperkt, al dan niet met behulp van slowfeeders.
b) Meerdere maaltijden hooi per etmaal, staat nooit langer dan 2 uur zonder ruwvoer.
c) Paar keer per dag, mijn paard staat soms langer dan 4 uur zonder ruwvoer.

Toelichting:
Een paard is van nature ongeveer 16 uur per etmaal bezig met eten. Letterlijk ‘hapje, stapje’. Onderzoek heeft aangetoond dat langer dan 2 uur geen toegang tot ruwvoer – en dit kan hooi zijn, maar ook ander ruwvoer, zoals stro, takken, struiken om van te knabbelen – dit meetbaar de stress bij een paard verhoogd. Wanneer deze periode langer dan 4 uur is wordt deze stress dusdanig dat het fysieke schade kan veroorzaken. Maag- en darmontstekingen kunnen het rechtstreekse gevolg zijn van te lang zonder voer staan, nog los van de negatieve gevolgen die chronische stress op het lichaam heeft. 

8. Staat jouw paard op gras?

a) Nee, mijn paard komt niet op gras.
b) Ja, maar beperkt en strikt gemonitord.
c) Ja, mijn paard staat de hele zomer op de wei.

Toelichting: 
Gras is heerlijk en als het even kan ben ik voor graastijd voor elk paard. Maar helaas kan niet elk paard op het gras zoals dat in ons land gemiddeld groeit op weides (nee, ook die ‘paardenwei’ niet, ook dat gras maakt gewoon suiker) en al helemaal niet onbeperkt. Zeker als er al sprake is van klachten, of een vol lopend pannetje, kan te veel gras (en eigenlijk gaat het dan natuurlijk over ’te veel suikers’) echt een klachtonderhoudende omstandigheid zijn. Als je paard niet zonder het voeren van supplementen of een graasmasker op gras kan, kan je paard dús niet op gras. Want die supplementen voorkomen meestal niet dat je paard in de loop der jaren toch stiekem steeds meer belast raakt. Niet zelden krijg ik de opmerking te horen ‘maar hij staat al jaren zonder problemen op gras, hoezo geeft dat nu ‘ineens’ klachten?’  Maar dat paard kreeg niet ‘ineens’ klachten, er is jaren gewerkt aan het vullen van het pannetje en nu zit het te vol. 
Het mooie is dat als je ruimte in het zelfherstellend vermogen creëert en problemen echt bij de basis oplost, paarden die eerst van het gras af moesten uiteindelijk tóch, af en toe en/of niet zo lang, wél op gras kunnen. Maar om problemen op te lossen moet je soms wel eerst streng zijn, anders kom je er niet doorheen. Net als met ons eigenlijk, als we bijv. op dieet zijn. Afvallen met elke dag een groot stuk taart eten gaat meestal niet echt lukken. Maar als je eenmaal op gewicht bent, kan het echt geen kwaad om af en toe een gebakje of bonbonnetje te eten. 

9. Wat voor ruwvoer krijgt jouw paard?

a) Getest suikerarm, stengelig en gevarieerd droog hooi
b) Droog hooi maar niet getest / wisselende partijen
c) Voordroog

Toelichting:
Ruwvoer beslaat als het goed is zo’n 95% van het dieet van je paard. Daar is hij voor gemaakt: het verteren van cellulose. Daar heeft een paard normaal gesproken de perfecte darmflora voor. Voordroog – en het maakt niet uit hóe droog het was, zodra het op het land ingepakt wordt zal er een fermentatieproces op gang komen en is het dús voordroog – is zuurder dan wat een paard normaal binnen hoort te krijgen en kan daarmee de zuurgraad van maag en darmen beïnvloeden. En omdat de darmflora heel gevoelig is voor de omstandigheden in de darm, kan een kleine schommeling in zuurgraad er al voor zorgen dat een deel van de darmflora af sterft. Als je heel veel variatie hebt aan darmflora, is dat geen drama, dan heb je nog heel veel over. Maar onderzoek heeft aangetoond dat gedomesticeerde paarden veel minder variatie in darmflora hebben. Dan is het gevolg dus groter als daar een deel van weg valt. 
Daarnaast kan voordroog voor overgewicht zorgen. Niet omdat er ‘meer in zit’, maar je paard kan er letterlijk meer van eten. Het fermenteren zorgt er voor dat het hooi als het ware ‘voorverteerd’ is. Het kost dus minder tijd om het hooi te verteren en gaat letterlijk sneller door het maag/darm stelsel. Er kan dus per etmaal meer voordroog doorheen. 
Bij droog hooi kunnen zaken als suikergehalte, eiwitgehalte en wisselende partijen factoren zijn die klachten in stand houden of zelfs veroorzaken. Zijn er problemen dan is de kwaliteit van het ruwvoer dus altijd iets wat ik mee neem in het totaalplaatje. 
Niet iedereen heeft invloed op wat zijn paard te eten krijgt, maar het is wel goed om in je achterhoofd te houden dat daar dus een klachtonderhoudende factor aanwezig kan zijn waar je in de toekomst misschien toch een oplossing voor moet zoeken als blijkt dat je niet verder komt in je behandeling.  

10. Heeft je paard sociaal contact met andere paarden?

a) Ja, hij staat 24/7 tot een groot deel van de dag in een groepje.
b) Ja, hij staat de 24/7 tot een groot deel van de dag samen met 1 maatje.
c) Nee, geen direct contact, hij staat wel met een draadje / stalwand er tussen naast andere paarden.

Toelichting: 
Het is hopelijk geen verrassing dat een paard een kuddedier is en in principe samen met andere paarden hoort te staan. En ja, ik zet daar al ‘in principe’ tussen omdat er wel voorwaarden aan zitten en er soms situaties ontstaan waarbij een paard úit de kudde halen de ‘minst slechte’ optie is. 
Een paard haalt zijn veiligheid uit de kudde, dus alleen staan kan echt een aanslag zijn op zijn basale gevoel voor veiligheid en dat is per definitie een chronische stressfactor. Maar… samen met een paard staan waar het écht niet mee klikt, kan een minstens net zo grote stress factor zijn! Het is dus zeker niet zo dat ‘als er maar wat bij elkaar staat’ het dan goed is. 
Liefst zou het streven moeten zijn dat elk paard samen staat met minimaal 1 maar liever 2 tot 5 andere paarden, maar dan moet er wel een bepaalde harmonie in de groep zijn tussen paarden die elkaar op z’n minst accepteren als ‘collega’. Helaas is dat heel vaak niet zo en dan kan de groepssamenstelling een chronische stressfactor worden. 
Het hangt dus van veel meer factoren af of ‘in een groepje staan’ een positieve of negatieve factor is in het leven van jouw paard.

11. Is je paard vaak verhuisd?

a) Mijn paard is in zijn leven niet / heel weinig verhuisd (3x of minder en in ieder geval niet 2x binnen 1 jaar).
b) Mijn paard is wel een paar keer verhuisd maar daar zat altijd een paar jaar tussen.
c) Mijn paard is heel recent verhuisd (< 6 maanden geleden) / is meerdere keren in zijn leven verhuisd, soms ook wel binnen een jaar alweer.

Toelichting:
Verhuizen heeft meer impact dan veel mensen zich realiseren en die impact kan subtieler zijn dan we soms door hebben. In het wild zal een paard hoogstens 2 a 3x van kudde wisselen en zelden heel extreem van leefomgeving. Je gaat uit je geboortekudde, je wisselt misschien in je leven nog eens van kudde als er een wisseling van haremhengst is, maar daar blijft het voor het gros van de wild levende paarden wel bij.
Wij verhuizen onze paarden soms meerdere keren per jaar! En als je weet dat het 8 tot 12 maanden duurt voor een paard weer écht ’thuis’ is en een groep paarden weer echt een stabiele eenheid vormt, dan snap je waarom kuddewisselingen en verhuizen zoveel stress en onrust veroorzaken bij je paard. Dat doe je liever zo min mogelijk. En natuurlijk verhuis je je paard meestal omdat je het beter wilt voor hem, omdat omstandigheden op een nieuwe plek beter passen bij wat jouw paard nodig heeft. Maar zelfs al verhuist een paard van de hel naar de hemel, dan nóg geeft dat impact, dus elke verhuizing vormt een flink blok op het vuur onder het pannetje van jouw paard. 
Gelukkig kun je er zelf heel simpel aan bijdragen dat een verhuizing of kuddewisseling minder belastend werkt. Met een middel uit de EHBO set kun je zo’n verandering van leefomstandigheden heel goed begeleiden en op stallen waar dit inmiddels een ingeburgerde gewoonte is, zien we dan ook een kortere periode van onrust, sneller settelen van het verhuisde paard én de hele kudde en die 8 tot 12 maanden kan dan soms zelfs met de helft terug gebracht worden.

12. Hoe vaak heeft je paard kuddewisselingen doorgemaakt?

a) Niet/nauwelijks, ik heb ze aan huis/in eigen beheer en heb een stabiel groepje.
b) In het verleden wel een paar keer maar inmiddels al langer dan 1,5 jaar een stabiele groep.
c) Ik sta in pension en daar wisselt het regelmatig / mijn paard staat niet met andere paarden.

Toelichting:
De toelichting bij de vraag over verhuizen, gaat hier eigenlijk precies zo op, niet alleen het paard wat verhuist ervaart daar stress van. Bij de introductie van een nieuw groepslid heeft dat impact voor de héle groep, want voor iedereen veranderen de onderlinge verhoudingen. Daarnaast komt het nieuwe paard met een dosis stress en als één paard stress heeft, hebben alle paarden stress. Zo werkt dat nou eenmaal voor kuddedieren die zo op elkaar ingetuned zijn en zo van hun veiligheid afhankelijk zijn van elkaar.
Tel daar dan ook de ‘sociale onhandigheid’ van veel gedomesticeerde paarden bij op en je snapt dat kuddewisselingen voor veel onrust en stress kunnen zorgen. En omdat veel paarden op pensionstallen staan, hebben ze soms meerdere keren per jaar te maken met zo’n kuddewisseling, ookal verhuizen ze zelf nooit. 
Als je dan even terug denkt aan het feit dat het 8 tot 12 maanden duurt voor een groep weer een stabiele eenheid vormt, dan snap je waarom het op sommige stallen zo chronisch mis gaat… 

13. Heeft jouw paard – los van vaccinatie en ontworming – medicatie nodig gehad?

a) Nee, even afkloppen weer maar gelukkig nog geen gekke dingen mee gemaakt.
b) Ja, mijn paard krijgt jaarlijks een roesje bij de tandarts / heeft wel eens antibiotica / pijnstilling nodig gehad.
c) Ja, mijn paard heeft wel aardig wat medicatie gehad in z’n leven, waaronder antibiotica en/of prednison-achtige medicatie.

Toelichting:
Veel chronishe klachten ontstaan als gevolg van wat ik kort door de bocht een ‘afvalstoffenprobleem’ noem. Dat is wel de ultra-korte uitleg want daar zit meer onder dan ‘een beetje detoxen en het is opgelost’. De uitgebreide uitleg vind je in mijn magazine, dit is het verhaal over de schakelaar en de gootsteen. 
Als afvalstoffen een probleem zijn dan willen we die natuurlijk zo min mogelijk in ons paard. Voeding en stofwisseling zijn daar een belangrijke factor, maar we stoppen meer in ons paard. Chemie blijkt in de praktijk extra belastend te zijn om meerdere redenen. Een er van is dat het veel meer moeite kost om het om te zetten tot iets wat afgevoerd kan worden. De lever wordt er dus rechtstreeks zwaarder mee belast. Maar daarnaast is veel medicatie gericht op het onderdrukken of prikkelen van het immuunsysteem en dat kan op zichzelf weer voor een scala aan problemen zorgen. 
Natuurlijk is medicatie soms nodig en zelfs noodzakelijk, je zult mij dus nooit horen zeggen dat je niet zou mogen vaccineren of ontwormen. Maar soms kan het wel verstandig zijn om te kijken of iets uitgesteld kan worden, als het pannetje van je paard al op overkoken staat. En medicatiegebruik uit het verleden kan wel degelijk in het heden nog z’n impact hebben dus het is altijd iets wat ik mee moet nemen in de behandeling. 

14. In wat voor omgeving leeft jouw paard?

a) Heerlijk zen in het buitengebied, weinig verkeer, weinig / geen andere mensen op stal.
b) Wel wat drukte op stal maar de omgeving is lekker rustig / ze staan wel dicht bij een woonwijk, maar geen/weinig stalgenoten.
c) Mijn paarden wonen in een drukke omgeving, dicht bij bebouwing / drukke wegen en op een drukke pensionstal.

Toelichting: 
We staan er vaak niet bij stil, maar onze paarden staan soms in een omgeving die verre van rustgevend is. En waar wij mensen daar soms goed en soms minder goed tegen kunnen, geldt dat voor paarden niet anders. Zéker als je paard al een beetje ‘aan’ staat in z’n stress, kan de omgeving echt een bepalende factor worden die er voor kan zorgen dat je paard niet kan opknappen, of zelfs klachten ontwikkelt daardoor. En ook deze factor heb je lang niet altijd in de hand en verhuizen is ook zeker niet altijd de handigste optie. Maar het is wel goed om dit mee te nemen als er sprake is van klachten en te kijken naar hoe een situatie verbeterd kan worden. Soms kan het zo simpel zijn als een andere box, iets minder dicht bij de poetsplaats of doorgang bijvoorbeeld. Of een mooie grote haag of houtwal tussen de paddock en de drukke weg. 

15. Hoe zit het met de milieubelasting van jouw paard?

a) Mijn paard woont in / bij natuurgebied zonder intensieve akkerbouw/veehouderij of industrie.
b)Mijn paard heeft wel periodes in zijn leven bloot gestaan aan milieubelastende factoren / ik weet het niet.
c) Mijn paard woont in de buurt van niet-biologische fruitboomgaarden/aardappeltelers/bloembollenvelden/intensieve veehouderij/industrie.

Toelichting: 
Deze omgevingsfactoren worden nogal eens over het hoofd gezien, maar kunnen behoorlijk wat impact hebben. Zeker landbouwgif is een zware belasting die rechtstreeks oorzaak van het ontstaan van klachten kan zijn. En dan gaat het niet alleen over gif op het eigen terrein waar je paard leeft. Het aardappelveld van de buurboer, de boomgaarden waar jouw paard tussen woont, de bloembollenvelden… de hoeveelheid gif die met name over deze gewassen gaan is enorm. In dit soort omgeving raad ik dus ook altijd heel sterk af om regenwater op te vangen om daar je paarden van te laten drinken en liever ook geen grondwater. Leeft jouw paard in de directe omgeving van dergelijke landbouw, weet dan dat je de belasting van dit soort gif min of meer ‘preventief’ kunt behandelen. Dit valt niet onder EHBO maar ik kan je er wel mee helpen, zodat het risico dat je paard hierdoor klachten ontwikkelt in ieder geval kleiner wordt. 
Als het over intensieve veehouderij gaat (en daarmee bedoel ik de grote kippenschuren, varkensstallen of schuren vol kalfjes) dan is de belasting meer energetisch. De ellende en vaak zelfs dood die in zo’n omgeving heerst is iets wat een sensibel dier als het paard feilloos oppikt. Wanneer een paard permanent dicht in de buurt van een dergelijke stal moet leven, kán dat mentaal heel belastend zijn voor hem en dus iets wat uiteindelijk bij gaat dragen aan het vullen van z’n pannetje. 

Uitslag quiz

Zo vol zit het pannetje van jouw paard.

Voornamelijk A’s

 

Het ziet er naar uit dat je paard een redelijk leeg pannetje heeft en zijn zelfherstellend vermogen goed kan reageren op de incidenten die zich in zijn leven voordoen.
Dat is super!

Hij zit waarschijnlijk lekker in z’n vel en is gemiddeld gewoon een gezond en blij paard.
Je paard loopt daardoor op dit moment waarschijnlijk relatief weinig risico op het ontwikkelen van terugkerende of chronische klachten.

Om dat zo te houden zou je kunnen overwegen de EHBO cursus te doen. Met de middelen die in die cursus behandeld worden, kun je hem ondersteunen als er wel een keer iets is en je kunt de middelen in sommige situaties zelfs preventief inzetten.
Daarmee help je zijn pannetje ook in de toekomst zo leeg mogelijk te houden.

Wil je meer weten over de cursus of gelijk bestellen, dan vind je hier alle informatie die je nodig hebt.

Voornamelijk B’s of veel variatie

 

Er zijn toch best wat factoren die er voor zouden kunnen zorgen dat het pannetje van jouw paard zich vult. Misschien heeft hij nu nog geen last van terugkerende klachten, maar er is een kans dat zich dat onder de deksel wel al aan het ontwikkelen is.

Het kan slim zijn om te kijken of er wat factoren weg te nemen zijn, of wellicht wat problemen uit het verleden te behandelen, om zo je paard een nog wat leger pannetje te geven waardoor zijn zelfherstellend vermogen weer optimaal z’n werk kan doen. Daarmee voorkom je het ontstaan van chronische klachten, met alle kosten en zorgen die daar bij horen.

Als je wilt kijk ik met liefde met je mee. Door mijn kennis en ervaring  doorzie ik vlot het totaalplaatje van jouw paard waardoor ik de factoren die bij jouw paard nog een rol zouden kunnen spelen kan aanwijzen. Dat geeft jou weer handvatten om daar wat mee te doen.
Daarnaast is de EHBO cursus voor jou een fijne manier om zelf de gezondheid van je paard te managen, zonder dat je daarbij het systeem extra belast. En met de middelen die in de cursus behandeld worden kun je zelfs preventief werken.

Voor een adviesgesprek kun je via deze pagina zelf een afspraak inplannen.

Op deze pagina vind je meer informatie over de EHBO cursus.

Voornamelijk C’s

 

Het is duidelijk dat het pannetje van jouw paard te vol zit.

De terugkerende klachten van jouw paard zijn de wolkjes die daardoor inmiddels zijn ontstaan en met behandelen van die klachten ben je dus alleen wolkjes aan’t wegnemen, met andere woorden, symptomen aan’t managen. Mocht je paard op dit moment geen klachten hebben maar ben je wel regelmatig bezig met ‘brandjes blussen’ of steeds maar bezig met voorkomen dat het escaleert, dan weet je dat je met een overvol pannetje te maken hebt.

Er is maar heel weinig voor nodig om te zorgen dat je paard (opnieuw) een flinke wolk produceert en je hebt nou eenmaal niet alles zelf in de hand. Daarom zou het heel verstandig zijn om nu écht iets aan die pan te gaan doen, blokken van het vuur te halen en z’n pannetje leger maken, zodat zijn zelfherstellend vermogen weer de ruimte kan krijgen om dingen zelf op te lossen. Op die manier kun je de huidige klachten weg nemen én voorkomen dat je paard weer heel snel terug valt, zodat jij niet continu bezig hoeft te zijn met het managen van de gezondheid van je paard.

Wil je weten wat je zelf kunt doen of hoe ik je daarbij kan helpen? Boek dan via deze pagina een gratis adviesgesprek, dan neem ik even alle tijd om samen met jou naar jouw specifieke situatie en jouw paard te kijken. Ik beantwoord je vragen en leg uit hoe ik je eventueel kan helpen.

Door het magazine aan te vragen kom je ook op mijn VIP-lijst. Als VIP krijg je als eerste mijn blogs in je mailbox en af en toe zijn er speciale VIP-acties. Ik ga zorgvuldig met je gegevens om en je kunt op elk gewenst moment afmelden via de link onderaan elk mailtje.